Limburgs zoervleisj

In de reeks van recepten uit het kookboek 'thuisgekookt' maak ik vandaag Limburgs Zoervleisj. 

Zoervleisj of zuurvlees is een streek product uit zowel Nederlands als Belgisch Limburg.

Traditioneel wordt het gemaakt met paardenvlees, dat het gerecht een pittige smaak geeft. Maar in deze tijd is paardenvlees moeilijk te krijgen en kan je het dus ook vervangen door rundvlees. 

De naam komt van de marinade waar het vlees een nacht in doorbrengt. De smaak is ondanks de grote hoeveelheid azijn zeker niet zuur door de combinatie van appelstroop en peperkoek. Het smaakt prima bij verse friet of aardappelpuree, of zo als ik doe bij gebakken aardappelen.

Limburgs zoervleisj

600 gr riblappen, in blokjes van 2 cm

3 uien, in halve ringen

400 ml azijn

200 ml water

4 kruidnagels

6 jeneverbessen

2 laurierblaadjes

10 peperkorrels

1 el zeezout

boter

3 plakken peperkoek

6 el appel of perenstroop

Meng water en azijn en voeg de kruiden toe. Doe het vlees en uien er in en laat een nacht zo in de koelkast staan.

Zeef het vlees en uien en vang de marinade op. Vis de jeneverbessen, kruidnagels, laurier en peperkorrels er uit en laat goed uitlekken.

Verwarm een flinke klont boter in een braadpan en bak in gedeeltes het vlees en uien licht bruin. Doe alles in de pan en blus af met de marinade. Laat dit op laagvuur minstens 2,5 uur pruttelen. Als het vlees uit elkaar valt is het gaar. Voeg de stroop toe en leg de plakken peperkoek in stukjes op het vlees. Niet te veel roeren. De peperkoek gaat voor de binding van de saus zorgen. Is de saus nog erg dun laat dan de deksel van de pan en kook de saus wat in. Goed proeven. Is het nog te zuur dan kan je nog wat stroop of een heel klein beetje suiker toevoegen. Moet er naar jou smaak nog wat zout bij, doen. Jij kent je smaak het beste. 

Goed opletten want de stroop brand wel makkelijk aan. 

Ik heb het geserveerd met gebakken aardappelen en broccoli.