Ricotta taartje met bosvruchten
Dit ricotta taartje maakte ik een paar jaar geleden voor het eerst met st. Jan. Voor mij eigenlijk het hoogtepunt van het jaar, op school en voor mezelf. Ik hou van de uitbundigheid van bloemen, licht en vuur. De traditie van samen eten en zingen.
Dit jaar zou de laatste keer zijn als ouder van de school. Ook de jongste zou de fakkel dragen en het vuur aan steken. Maar helaas, het gaat niet door. Van de vele dingen die we niet hebben kunnen doen mis ik het Sint Jansfeest wel het meeste. Ik hoop dat ik volgend jaar als oud ouder ook net zo welkom ben.
Tot die tijd zal ik het doen met een taartje dat voor mij altijd verbonden blijft met dit fijne feest.
(voor de niet vrije-schoolers onder mijn lezers, hier een uitleg over het jaarfeest st. Jan)
Het recept is in de loop van de jaren wel een beetje veranderd. Eerst gebruikte ik veel suiker, dat werd al steeds minder en gisteren gebruikte ik nog minder en deed er twee rijpe bananen door.
Tip: roer helemaal op het laatst de eieren er pas door. Zo kan je blijven proeven of het beslag zoet en zuur genoeg is. Want die balans moet je zoeken.
Er is ook weer een glutenvrij alternatief!
Er is ook weer een glutenvrij alternatief!
Ricotta taartje met bosvruchten
115 gr gesmolten boter
90 gr suiker
2 geprakte bananen
2 el rozenwater (optioneel)
zest+sap van 2 limoenen
300 gr ricotta
50 gr yoghurt
180 gr zelfrijzend bakmeel (of amandelmeel + 2 tl bakpoeder)
3 eieren
snufje zout
300 gr bosvruchten
Meng boter, suiker, rozenwater en banaan en roer het door door elkaar. Zodat de suiker oplost. Voeg alles toe behalve de eieren en bosvruchten. Roer het stevig tot een egaal beslag. Je kan het met de machine doen maar met de hand is net zo makkelijk. Er hoeft geen lucht in, dus roeren is voldoende.
Proef het beslag, het moet zoet maar zeker ook wat fris zurig zijn. Ik heb meestal een extra limoen voor als er nog wat zest of sap nodig is. Is het naar je smaak voeg dan de eieren toe. Verwarm de oven op 170C en giet het beslag in je bakblik. Ik gebruik altijd bakpapier.
Strooi de vruchten er overheen en roer nog even met een vork door het beslag. Dan verdelen ze egaal door het taartje.
Zet het taartje in de oven voor ongeveer 50-60 min. Prik met een satéprikker om te kijken of het taartje gaar is. Laat helemaal afkoelen. Hij zal inzakken maar daardoor krijgt hij zijn compacte vorm. Warm is hij ook echt niet te snijden.
Je kan dit taartje goed bewaren in de koelkast, wel goed verpakken want anders smaakt hij naar de salami die er naast ligt.....
Reacties